Werkwijze ontwikkeld voor effectievere behandeling van schouderklachten
Fysiotherapeut Rachelle Dahlmans over de meerwaarde van de Master Musculoskeletale Revalidatie.
'Voor mijn masterthesis heb ik een wetenschappelijk onderbouwde werkwijze ontwikkeld voor de behandeling van schouderklachten bij bovenhandse sporters waarbij rekening gehouden wordt met de hele bewegingsketen,' vertelt Rachelle Dahlmans, fysiotherapeut bij het ESP Centrum te Gennep. Het mogelijke resultaat: een effectievere behandeling van schouderklachten waarvoor zij nu een werkwijze implementeert met een behandelstrategie en een bepaalde volgorde van oefeningen. Met haar 25 jaar is Rachelle de jongste van de groep masterstudenten Musculoskeletale Revalidatie. Momenteel zit ze in het derde jaar van de uitstroomvariant Sport.
Vanuit het hele lichaam denken
'Elke patiënt is anders en vraagt een unieke manier van behandelen. Om dit goed te kunnen doen heb je brede kennis en ervaring nodig. Dit was voor mij een reden om na de bacheloropleiding fysiotherapie direct de masteropleiding te gaan volgen. Tijdens de master ontwikkelen we een brede blik op het hele musculoskeletale domein. De kennis die we hiervoor aangereikt krijgen vanuit manuele therapie, orofaciale therapie en sportfysiotherapie versterkt elkaar. Zo kunnen manuele vaardigheden helpen om voorwaarden te creëren voor actieve revalidatie binnen de sportrevalidatie. En bij orofaciale therapie werd ik me meer bewust van de relaties tussen kaakproblematiek/parafunctioneel gedrag en andere klachten. '
Interne scholing
'Ik heb geleerd om vanuit de hele bewegingsketen van het lichaam te denken. Deze denkwijze kun je toepassen in alle disciplines van het ESP Centrum, ook buiten de sportfysiotherapie. Want ondanks dat je een 50-jarige receptioniste met schouderklachten weer anders behandelt dan een sporter, is hun bewegingsketen hetzelfde. Zo zijn er onderzoeken die in de richting wijzen dat een heupextensie de activiteit van de schoudermusculatuur beïnvloedt. Na de implementatiefase wil ik een interne scholing binnen het ESP Centrum verzorgen over de theorie en wetenschappelijke evidentie van de behandeling van schouderklachten vanuit de totale kinetische keten.'
Return-to-sport
'Ik heb geleerd om verder te kijken dan alleen het stoornisniveau. Ik kijk ook naar datgene wat voor de patiënt belangrijk is, zoals zijn participatiegraad en het moment dat hij de sport weer mag oppakken. Dit verschilt per sport en per patiënt. Ik ontdekte dat return-to-sport criteria niet keihard gedefinieerd zijn en dat hier veel discussie over is. Kennisuitwisseling met mijn collega-fysiotherapeuten draagt voor mij bij aan de beoordeling wanneer een sporter weer terug het veld op kan.'
COPD
'Datgene wat ik leer binnen sportfysiotherapie kan ik breder toepassen in onze praktijk. Trainingselementen uit de revalidatie pas ik bijvoorbeeld ook toe bij andere doelgroepen zoals patiënten met COPD. Wanneer bijvoorbeeld een longcentrum een longfunctietest of een fiets-ergometrie test uitvoert, kan ik deze resultaten beoordelen en gebruiken als input voor mijn behandelprogramma. Zo kan het zijn dat een patiënt met een ventilatoire beperking intervaltraining krijgt en een patiënt met een cardiocirculatoire beperking duurtraining.'
Beter behandelen
'Tijdens de masteropleiding heb ik mijn kennis en vaardigheden vergroot. Deze kennis gebruik ik bij het diagnostisch traject en het behandeltraject van een patiënt. Ik kan beter hypotheses vormen van een specialistische behandeling. Ik heb geleerd om klinisch te redeneren aan de hand van het HOAC-model. Dit model waarbij je onder andere uitgaat van doel-middel-uitkomst hebben we zo vaak moeten toepassen, dat ik er nog dagelijks profijt van heb.
Diverse methoden
We hebben ons diverse werkwijzen eigen gemaakt die je kunt toepassen bij de behandeling van je patiënten. Bij revalidatieopbouw hebben we diverse methoden aangereikt gekregen. We hebben geleerd om een revalidatieprogramma op te bouwen met Rehaboom, het KRS systeem en de krachtpiramide.' Met andere woorden: de masteropleiding heeft mij in de praktijk veel meer gebracht dan het begrip 'sportfysiotherapie' uitdrukt.
Communicatie
'Ik krijg les van een goed samengesteld team van docenten die ieder beschikken over zeer veel kennis en ervaring binnen de fysiotherapie. Ook gastcolleges over andere vakgebieden zoals orthopedie zijn interessant en dragen bij aan de kwaliteit van mijn werk. Neem bijvoorbeeld een patiënt die met postoperatieve klachten van een orthopedische operatie bij mij komt. Nu ik wat meer weet over operatietechnieken kan ik zijn klachten beter verklaren. Zo kan ik hierdoor ook beter gefundeerd overleg voeren met specialisten uit het netwerk van de patiënt.'
Verweving met bachelor
'Tijdens de masteropleiding worden we aangemoedigd om onszelf als deskundige in een netwerk op te stellen. Hoewel de uitkomsten van mijn onderzoek op dit moment nog niet bekend zijn, heb ik al wel gesproken met docenten van de bachelor opleiding van de HAN hoe we mijn onderzoek mogelijk daar kunnen implementeren.'
'Die brede musculoskeletale basis was nodig'
Professional Loes Postma over de meerwaarde van de Master Musculoskeletale Revalidatie.
Loes Postma werkt als fysiotherapeut bij Move2BFit in Geffen, een praktijk voor fysiotherapie en fitness, waar ze gestimuleerd wordt zich te ontwikkelen en specialiseren. 'Toen ik van de bachelor-opleiding kwam, had ik sowieso het gevoel dat er nog veel meer te leren viel. Ik wilde dus graag een masteropleiding doen en dat wordt binnen dit bedrijf ook aangemoedigd. Straks werken hier alleen maar masters.'
Keuze maken
'Oh fijn, dan hoef ik voorlopig nog niet te kiezen,' dacht Loes, toen ze leerde dat de Master Musculoskeletale Revalidatie het 1e jaar de volle breedte van het musculoskeletale domein behandelt. Ze vindt het lastig om te kiezen tussen 2 van de 3 specialisaties die in het 2e en 3e jaar worden aangeboden: manuele therapie en sportfysiotherapie.
Brede musculoskeletale basis
Loes: 'Met dat 'brede' 1e jaar krijg ik van alles iets mee. Volgens mij is het ook nodig dat je die brede kennis hebt, omdat de specialisaties zoveel met elkaar te maken hebben. Met manuele therapie kan je voorwaarden scheppen om de actieve revalidatie (bijv. sportfysiotherapie) goed te laten verlopen. Andersom kunnen inzichten vanuit de sportfysiotherapie ook behulpzaam zijn bij manuele therapie. Bijvoorbeeld door verschillende trainingsprincipes en analyses te maken van beweegpatronen om na manuele therapie actieve revalidatie op te starten. Vanwege die brede musculoskeletale basis heb ik voor deze opleiding gekozen.'
Kritisch op de inhoud en op jezelf
Loes merkt dat ze kritischer is geworden: 'Ik vraag me steeds af wat ik precies aan het doen ben en ik zoek naar artikelen om te bewijzen dat ik op de goede weg ben: is hier al onderzoek naar gedaan? Was dat onderzoek wel valide? Evidence-based handelen dus. Ik heb nu al geleerd dat ik kritisch moet zijn op mijn eigen kunnen en kritisch op het vak fysiotherapie. Vroeger richtte ik me volledig op die knie die stuk was, ik vergat bijna dat er een heel lichaam aan vast zit. Ik leer nu bovendien om meer in bewegingsketens te denken.' De masteropleiding gebruikt het zogenaamde HOAC-model om het klinisch redeneren van de studenten te verbeteren. Daar heeft Loes nu al profijt van: 'Het sluit heel mooi aan op het ICF-model waar we in onze praktijk mee werken. Ik leer dus verder kijken dan alleen dat gewricht en heb behalve voor het stoornis- en functieniveau ook aandacht voor het participatieniveau van de patiënt. Bovendien vind ik het goed dat de opleiding niet alleen aandacht heeft voor artrogene beperkingen, maar ook voor myofasciale beperkingen.'
Waardevolle bagage van docenten uit de praktijk
Loes is blij met de interactie met haar medestudenten: 'We hebben allemaal een andere basisopleiding, dus dat geeft al veel stof tot praten. Maar als we elkaar op woensdag zien op de opleiding, zijn we gedurende de week in de praktijk ook weer van alles tegengekomen waarover we met elkaar willen sparren. En dan wil ik toch ook nog gezegd hebben dat de docenten ontzettend goed zijn. Onze kerndocent is zowel manueel therapeut als sportfysiotherapeut en dan zijn er nog de gastdocenten, rechtstreeks uit de praktijk, die ons veel waardevolle bagage meegeven. Over medicatie en doping, pijn, beweegketens en het analyseren van bewegingen in het bewegingslab. En er komt ook een gastles aan over anesthesiologie, waar ik naar uitkijk. Allemaal hartstikke interessant.'
Bouwen aan eigen netwerk
Iedereen heeft naast inhoudelijke ook persoonlijke leerpunten en Loes is heel helder over die van haar: 'Ik had voorheen niet voldoende zelfvertrouwen omdat ik wist dat ik nog veel te leren had. Daardoor vond ik het lastig om te communiceren met meer ervaren professionals. Nu ben ik zover dat ik serieus wil en durf te werken aan het opbouwen van een eigen netwerk van diëtisten, orthopeden en huisartsen. Door de opleiding gaat het communiceren over mijn vak me nu veel beter af.'